In de apotheek: de naleving van de antistollingsmiddelen aanmoedigen
Er werd een transversale observatiestudie uitgevoerd bij thuiswonende volwassenen die minstens 1 jaar voor de opname NOAC begonnen te nemen. De gegevens van de apotheekdistributie werden gebruikt om de geneesmiddelenbezitsratio (DPR) te berekenen. De patiënten werden gerekruteerd uit 158 apotheken in Vlaanderen. Ze vulden een vragenlijst in waarin ze basiskenmerken verzamelden en de zelf gerapporteerde naleving van NOAC (met behulp van de Medication Adherence Ratio Scale, MARS) en hun ervaringen en overtuigingen over NOAC (met behulp van de Medication Belief Questionnaire, BMQ) onder de loep namen.
In totaal werden 766 patiënten betrokken. De meerderheid (93,5%) gebruikte NOAC voor het voorkomen van een beroerte in atriumfibrillatie. De mediaan van de PBM was 95,2%, wat overeenkomt met de helft van de onderzoekspopulatie die gedurende ten minste 17 cumulatieve dagen per jaar geen NOAC inneemt. Bijna 21% van de deelnemers gaf aan dat MARS niet voldoet aan de eisen (score <25), waarbij het niet-intentioneel niet naleven (vergeetachtigheid) het vaakst wordt gemeld (15,4%). Hoewel twee derde van de NOAC-gebruikers bijwerkingen rapporteerde, toonde de BMQ een positieve houding ten opzichte van de NOAC-behandeling.
De auteurs concluderen dat de gegevens erop wijzen dat de gebruikers van NOAC op lange termijn een hoge mate van implementatie en een positieve houding ten opzichte van de NOAC-behandeling hebben. Echter, gezien het trombo-embolische risico van patiënten en de korte halfwaardetijd van NOAC, lijkt een verdere optimalisatie van het gebruik van NOAC in deze populatie gerechtvaardigd. Apothekers hebben een belangrijke rol in het stimuleren en ondersteunen van de verstrekking van deze geneesmiddelenklasse.
Ref : https://heart.bmj.com/content/early/2020/08/13/heartjnl-2020-316781