Minder zout, meer kalium bij beheersing van hypertensie

Afbeelding
potassium
Het verminderen van de natriuminname kan bij sommige mensen helpen om de bloeddruk te verlagen, maar het effect is groter als tegelijkertijd de kaliuminname wordt verhoogd.

In een studie die in 2022 in het prestigieuze "New England Journal of Medicine" is gepubliceerd, heeft een internationaal multidisciplinair team gegevens van zes prospectieve cohortstudies van aanvankelijk gezonde volwassenen in de VS geanalyseerd om de rol van de natrium/kaliumverhouding op het optreden van cardiovasculaire complicaties te beoordelen.

In deze studie werden kalium en natrium gemeten aan de hand van een urine-opname van 24 uur, eenmaal aan het begin van de controleperiode. De natrium/kaliumverhouding werd berekend en het optreden van een cardiovasculaire complicatie werd geregistreerd over een gemiddelde periode van 8,8 jaar. In deze studie waren er onder de 10.709 deelnemers, waaronder 23,6% met hoge bloeddruk, 571 cardiovasculaire complicaties. De geconsumeerde hoeveelheid natrium bedroeg 3,3 gram per dag (of 8,25 gram zout per dag), terwijl de geconsumeerde hoeveelheid kalium lager was, namelijk 2,53 gram per dag.

De natrium-kalium verhouding was 2,2. Uit de studie blijkt dat het risico op cardiovasculaire complicaties toeneemt wanneer het natriumgehalte in de urine toeneemt, en afneemt wanneer het kaliumgehalte toeneemt, terwijl het risico op complicaties toeneemt wanneer de natrium-kaliumverhouding toeneemt.

Zo blijkt uit een berekening dat voor elke 1 g meer natrium (2,5 g zout) het risico op een cardiovasculaire complicatie met 18% toeneemt. Bovendien is er voor elke 1 g meer kalium een daling van 18% in het risico op een cardiovasculaire complicatie. Wat de natrium/kalium-verhouding betreft, gaat een verhouding groter dan 3,4 gepaard met een toename van 62% van cardiovasculaire complicaties.

Conclusie: bevestigd wordt dat de ongunstige cardiovasculaire effecten van overmatige zoutconsumptie minder groot kunnen zijn als de consumptie van kalium uit de voeding toeneemt.

Voedingsmiddelen die rijk zijn aan kalium zijn: broccoli en kool, groene groenten; peulvruchten (witte bonen en linzen); fruit (gedroogde bananen en abrikozen); aardappelen (mits ze hun schil behouden); cacao.