Een innovatieve benadering die de doeltreffendheid van kankerimmunotherapie kan verbeteren

Afbeelding
x
De teams van het Instituut de Duve hebben ontdekt dat moleculen die voorheen werden gebruikt om hypertensie te behandelen, ook het immuunsysteem kunnen helpen om kankercellen effectiever te bestrijden. Een artikel gepubliceerd in de laatste editie van het tijdschrift Nature doet verslag van dit fundamentele onderzoek, dat uiteindelijk de efficiëntie van immunotherapie in de strijd tegen een meerdere kankers aanzienlijk zou kunnen verhogen.

T-lymfocyten herkennen en vernietigen antigenen, of vreemde cellen. Kankercellen zijn per definitie geen vreemde cellen en zouden daarom niet herkend en aangevallen moeten worden door T-lymfocyten. Ongeveer dertig jaar geleden ontdekten Thierry Boon en zijn collega's van het Institut de Duve en het Ludwig Instituut echter specifieke markers op het oppervlak van kankercellen (tumorantigenen genoemd) die kunnen worden herkend door T-lymfocyten, die vervolgens de kankercellen vernietigen. Dit werk heeft de weg geëffend voor kankerimmunotherapie, een nieuwe behandelingsaanpak die T-lymfocyten helpt om kankercellen te vernietigen. Dankzij de tumorspecificiteit en het geheugen van deze lymfocyten kan immunotherapie worden gebruikt om gevorderde kankers met een bepaalde mate van doeltreffendheid te behandelen. Het wordt nu wereldwijd gebruikt. Het werkt echter niet bij alle patiënten en is ook niet even doeltreffend bij alle soorten kanker.

Nieuw onderzoek dat de afgelopen jaren is uitgevoerd aan het Instituut de Duve en het Ludwig Instituut door Jingjing Zhu en zijn team in het laboratorium van Prof. Benoit Van den Eynde heeft geleid tot de publicatie van dit artikel in het tijdschrift Nature. "Immunotherapie zoals die nu wordt toegepast is slechts effectief bij 30 tot 40% van de kankers", legt prof. Van den Eynde uit, "veel kankers zijn resistent, grotendeels omdat hun T-lymfocyten niet voldoende reageren. We hebben ontdekt dat geneesmiddelen die voorheen werden gebruikt om hypertensie te behandelen, een zeer interessant effect kunnen hebben in de strijd tegen deze vormen van kanker die resistent zijn tegen immuuntherapie".

Deze moleculen werken in op macrofagen. Dit is een ander type witte bloedcel, die tot taak heeft om ziekteverwekkers, zoals kankercellen, microben en vreemde stoffen, op te slokken en te verteren. In zekere zin zijn ze de "vuilnismannen" van het lichaam. Maar terwijl ze hun werk doen, waarschuwen deze macrofagen ook T-lymfocyten voor afwijkingen die ze tegenkomen. Op deze manier spelen ze de rol van schildwachten die alarm slaan en immuunreacties in gang zetten.

Onderzoekers van het Instituut de Duve hebben ontdekt dat deze moleculen, naast hun bekende hypotensieve en verdovende effecten, macrofagen ook kunnen stimuleren in hun rol als informanten voor T-lymfocyten. Deze laatste worden daardoor reactiever en stoten kankercellen effectiever af, met name in kankermodellen die resistent zijn tegen standaard immuuntherapie. Deze nieuwe benadering zou het klinische proces van immuuntherapie dus een 'boost' kunnen geven, met name voor de vele gevallen van kanker waarbij de werkzaamheid van deze behandeling nog beperkt is.

Deze veelbelovende resultaten moedigen ons aan ons onderzoek voort te zetten om nieuwe moleculen te identificeren die ons uiteindelijk in staat zullen stellen klinische proeven te overwegen om nieuwe behandelingen te valideren die enorme hoop zouden kunnen brengen aan kankerpatiënten voor wie immuuntherapie momenteel niet doeltreffend is. "We zouden kunnen denken aan het gebruik van bestaande hypotensiva," legt professor Van den Eynde uit. "Maar dat zou nogal riskant zijn, vanwege de ongewenste effecten en toxiciteit van deze medicijnen in de vereiste doses. Een andere aanpak is om nieuwe moleculen te ontwikkelen die op dezelfde manier op macrofagen werken, maar zonder de ongewenste toxische effecten. We zijn al ver gevorderd in deze richting". 

 

Ref: Tumour Zhu J, Naulaerts S, Boudhan L, Martin M, Gatto L & Van den Eynde BJ Nature (2023)