AURORA is een internationaal academisch onderzoeksprogramma gebaseerd op moleculaire screening met het doel om metastatische borstkanker beter te begrijpen.

Het programma is uniek door zijn ruime verzameling van gepaarde primaire en metastatische tumormonsters van patiënten in het stadium van de diagnose van metastatische aandoening ofwel na één behandelingslijn, naast zijn hoogkwalitatieve dataverzameling. Door deze monsters en gegevens te analyseren, kunnen onderzoekers de moleculaire veranderingen bestuderen die optreden wanneer borstkanker zich begint te verspreiden, en vervolgens tijdens de hele evolutie van de metastatische aandoening.

Tot dusver hebben de onderzoekers de meest gebruikelijke moleculaire veranderingen in metastatische monsters geïdentificeerd. Deze mutaties zijn in de stuurgenen (in 10% van de monsters) en in de copynumbervariaties van een gen (CNV’s in 30% van de monsters). Deze waarnemingen zouden kunnen leiden tot de ontwikkeling van nieuwe behandelingsstrategieën voor patiënten met MSC.

Het programma heeft, voor zover ons bekend, reeds de ruimste dataset voor RNA-sequencing (RNAseq) in MBC gegenereerd. Analyses van RNAseq data van gelinkte primaire en metastatische monsters van dezelfde patiënten tonen aan dat in 36% van de gevallen het intrinsieke subtype van borstkanker verandert tussen primaire en haar metastatische fase, meestal naar een agressievere vorm. Deze waarneming kan therapeutische implicaties hebben voor de behandeling en verdient daarom verdere evaluatie.

Uit de analyses bleek ook dat metastasen minder immuun-gerelateerde genen tot expressie brachten en een andere samenstelling van immuuncellen hadden, wat kan resulteren in een gunstiger micro-omgeving voor de ontwikkeling van metastases.

Analyse van de overlevingsduur van patiënten met de aandoening toonde aan dat HR+ (hormoonreceptor-positieve) HER2- (HER2-negatieve) borstkankerpatiënten die tegelijkertijd een hoge tumormutatiebelasting (TMB) in hun primaire tumoren hadden, een kortere globale overlevingstijd hadden en een kortere terugvaltijd hadden. Deze twee waarnemingen wijzen erop dat TMB een onafhankelijke factor voor slechte prognose is.

Ten slotte stelden de onderzoekers ook vast dat meer dan 50% van de patiënten moleculaire veranderingen vertoonden die gematcht konden worden met bestaande gerichte therapieën, wat wijst op de potentiële impact van moleculaire screening met gekoppelde biopsieën, bloedmonsters en een rijk geheel van longitudinaal verzamelde klinische- en moleculaire data van MBC-patiënten wordt ingezet.

 "Deze studie biedt een unieke kans om solide bevindingen te genereren die ons zullen helpen de evolutie van metastatische borstkanker beter te begrijpen, die vandaag nog steeds doodsoorzaak nummer één is bij vrouwen die aan kanker lijden in de hele wereld. Zoals de naam suggereert, brengt AURORA in het duistere landschap van borstkanker in een gevorderd stadium," zei Dr. Martine Piccart, de initiatiefneemster van dit onderzoek.

"De kennis die met AURORA is opgedaan, effent het pad naar de ontwikkeling van nieuwe behandelingsstrategieën voor patiënten met metastatische borstkanker. Wij zijn vastbesloten onze inspanningen in deze richting voort te zetten, zodat onze patiënten langer en beter kunnen leven," aldus Dr. Mafalda Oliveira, mede-hoofdonderzoeker van AURORA en klinisch onderzoeker in het Vall d'Hebron Instituto de Oncologia (Barcelona, Spanje) en bestuurslid van de SOLTI Breast Cancer Research Group.